De relatie tussen onze darmen en hersenen blijkt steeds fascinerender. Recent onderzoek van wetenschappers van de Monash University en Jinan University werpt nieuw licht op de verbinding tussen darmgezondheid en cognitieve functies. De bevindingen bieden hoop: door gezonde voeding en beweging kunnen we mogelijk cognitieve achteruitgang vertragen of zelfs voorkomen.
Het menselijk lichaam herbergt triljoenen micro-organismen, waarvan het merendeel zich in onze darmen bevindt. Dit complexe ecosysteem, ook wel het darmmicrobioom genoemd, speelt een fundamentele rol bij onze gezondheid. De nieuwe studie laat zien dat mensen met cognitieve problemen, waaronder dementie en Alzheimer, vaak een minder gevarieerd darmmicrobioom hebben. Dit verklaart mogelijk waarom sommige mensen sneller last krijgen van geheugenproblemen dan anderen.
Vooral de aanwezigheid van bepaalde bacteriën blijkt bepalend. Bij mensen met cognitieve stoornissen werden meer ziekteverwekkende bacteriën aangetroffen, zoals Pseudomonas. Deze bacteriën stimuleren de productie van amyloïden – eiwitten die een hoofdrol spelen bij het ontstaan van Alzheimer en Parkinson. Je kunt amyloïden vergelijken met LEGO-steentjes die op elkaar gestapeld worden. Hoewel ze van nature voorkomen in ons lichaam en tal van belangrijke functies vervullen, kunnen ze in de hersenen schadelijke effecten hebben.
De wetenschappelijke gemeenschap staat voor een interessante discussie over de rol van amyloïden. Waar de meerderheid deze eiwitten ziet als oorzaak van Alzheimer, ontstaat er een nieuwe stroming die een andere kijk heeft. Zij beschouwen amyloïden als een beschermingsmechanisme tegen schadelijke bacteriën, vergelijkbaar met hun functie in de darmen. Deze zienswijze suggereert dat de oorsprong van Alzheimer wel eens bij bacteriën zou kunnen liggen.
Het goede nieuws is dat bepaalde gunstige bacteriën, zoals Blautia, Megamonas en Veillonella, in grotere aantallen voorkwamen bij gezonde deelnemers. Deze micro-organismen dragen bij aan een gezonde darmflora en daarmee mogelijk aan een beter functionerend brein. Het onderzoek toont aan dat we zelf invloed kunnen uitoefenen op de samenstelling van ons darmmicrobioom.
De sleutel ligt in onze levensstijl. Het onderzoek wijst uit dat twee factoren in het bijzonder belangrijk zijn: gezonde voeding en regelmatige beweging. Vooral fruit speelt een doorslaggevende rol, met bessen als absolute topper. Deze kleine krachtpatsers zitten boordevol vezels, vooral door hun eetbare zaden. Frambozen en bramen bevatten ongeveer 9 gram vezels per kopje, terwijl passievrucht met 24 gram vezels per kopje de kroon spant.
Deze vezels vormen voeding voor gunstige darmbacteriën zoals Megamonas. Deze bacteriën produceren vervolgens propionaat, een gezond vetzuur dat de darmwand voedt en beschermt. Ook Blautia, gevoed door flavonoïden uit fruit, draagt bij aan een gezonde darmflora door het doden van schadelijke bacteriën en het temperen van ontstekingsreacties.
Naast voeding blijkt beweging een onmisbare factor. Goed nieuws: je hoeft geen topsporter te worden. Regelmatige, matige beweging is voldoende om positieve effecten te bereiken. Tijdens lichaamsbeweging produceer je lactaat, dat door Veillonella-bacteriën wordt omgezet in het heilzame propionaat.
Hoewel het onderzoek met 229 deelnemers relatief kleinschalig was, zijn de resultaten veelbelovend. Voor het eerst is er een oorzakelijk verband aangetoond tussen leefstijl, darmmicrobioom en cognitieve gezondheid. Dit biedt concrete handvatten voor preventie van cognitieve achteruitgang.
Tot slot kunnen we stellen dat een gezond darmmicrobioom binnen handbereik ligt. Door dagelijks wat bessen te eten en regelmatig te bewegen, investeer je in je darmgezondheid en daarmee in je mentale fitheid. Het is een kleine moeite met mogelijk grote voordelen voor je hersengezondheid op lange termijn. De wetenschap blijft zich ontwikkelen, maar één ding staat vast: de weg naar een scherpe geest begint in je darmen (bron: Psychology Today).