De laatste tijd ontvang ik veel vragen over glyfosaat in haver. Amerikaanse onderzoekers hebben bekendgemaakt dat alle door hun geteste haverproducten de onkruidverdelger glyfosaat bevatten. Veel mensen maken zich nu zorgen en vragen zich af of dit ook geldt voor de Nederlandse markt. In dit duiken we erin!
Glyfosaat en onze gezondheid
Volgens de autoriteiten is glyfosaat een veilige stof en is er geen reden tot paniek. Als we de medische literatuur induiken, dan blijkt dat niet alle wetenschappers hiervan overtuigd zijn (1). De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) noemt glyfosaat ondertussen ‘waarschijnlijk kankerverwekkend’ (2). Ook onafhankelijke wetenschappers die naar het beschikbare bewijs hebben gekeken, concludeerden dat glyfosaat op meerdere manieren in staat is om kanker aan te jagen bij mensen (3). Daarbij hebben Italiaanse onderzoekers op basis van donaties nog eens goed gekeken naar het effect van glyfosaat (4). Ze gaven dagelijks een absoluut veilig geachte dosis glyfosaat aan ratten. Het bleek dat het middel zich opstapelde in hun lichaam. Zelf werden ze er niet ziek van, maar hun nakomelingen wel. De voortplanting, genen en darmbacteriën waren verstoord. Glyfosaat blijkt volgens recente onderzoeken giftig voor de darmflora en kan de hormoonbalans bij mensen verstoren (5, 6, 7, 8). De doorgaans zeer kritische website Factcheck.org heeft ook het beschikbare bewijs onderzocht; ze concluderen dat het pas schadelijk wordt bij hogere doseringen (9). Dat is zorgelijk, want de hoeveelheid glyfosaat in ons lichaam stapelt zich de laatste jaren steeds meer op. Bij sommige mensen is de hoeveelheid glyfosaat in het bloed de laatste jaren met meer dan 1000% gestegen (10). Deze trend is ook bij dieren zichtbaar (11). Recent onderzoek heeft uitgewezen dat meer dan 50% van het lichaam van jongeren glyfosaat of afbraakproducten ervan bevat (12). Dat is logisch, omdat glyfosaat komt meer en meer in onze voedselketen terechtkomt.
Hoe komt glyfosaat in ons eten?
Glyfosaat wordt ingezet in de strijd tegen onkruid. Hierdoor komt het op ons voedsel, maar ook in onze voedselketen. Daarbij kan glyfosaat planten in een mum van tijd doen verdorren, waardoor Europese boeren het op grote schaal gebruiken om hun granen makkelijker te oogsten. Vlak voor de oogst spuiten ze hun hele veld onder, zodat het graan gelijkmatig verdort en daardoor de oogst sneller verloopt. Dit proces heet ook wel Crop dessication (13, 14). Omdat het kort op elkaar gebeurt, is er geen tijd om het glyfosaat door de regen te laten wegspoelen. Gelukkig is er goed nieuws te melden, want het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) heeft besloten om Crop dessication te verbieden bij granen zoals tarwe, gerst, rogge, haver, triticale, spelt, wintertarwe, wintergerst, zomertarwe en zomergerst. Hierdoor wordt de kans op glyfosaat in Nederlandse haver een stuk lager!
Verboden in omliggende landen
Nederland heeft enkele jaren terug de goedkeuring voor het gebruik van glyfosaat verlengd (15). Andere landen nemen liever het zekere voor het onzekere en verbieden het bestrijdingsmiddel. Frankrijk heeft een verbod op Roundup ingevoerd (16). In Luxemburg is glyfosaat inmiddels van de markt gehaald (17). Oostenrijk en Duitsland zullen spoedig volgen (18, 19). In België is glyfosaat ook niet meer toegestaan voor particulieren.
Alternatief in aantocht
Door alle negatieve media-aandacht wil producent Monsanto, dat recent voor 63 miljard is overgenomen door Bayer, af van glyfosaat (20). Ze hebben het alternatief al bijna klaar (21). Het is de vraag of dit alternatieve middel nu echt veilig, of toch meer van hetzelfde is. Lange termijn- onderzoeken ontbreken echter, waardoor de veiligheid onmogelijk gegarandeerd kan worden.
Soep wordt in EU minder heet gegeten
Hoewel er in Amerika sporen van glyfosaat in ontbijtgranen zijn gevonden, zegt dat niks over de Europese varianten. In Amerika wordt glyfosaat, in vergelijking met Nederland, vele malen vaker ingezet. Daarbij wordt glyfosaat vooral aangetroffen op genetisch gemanipuleerd voedsel, iets dat op dit moment in Nederland nauwelijks van toepassing is (22, 23, 24).
Wat te doen?
Als je minder glyfosaat binnen wilt krijgen, dan is het slim om vooral voor biologisch voedsel te kiezen. Volgens onderzoekers mogen er bij biologische producten geen synthetische bestrijdingsmiddelen zoals glyfosaat worden gebruikt, waardoor de kans op kanker kleiner wordt (25). In biologisch voedsel worden er vaak toch sporen van glyfosaat aangetroffen, maar gelukkig zijn dit meestal geringe hoeveelheden (26). In Nederland worden dieren massaal gevoed met genetisch gemanipuleerd voedsel. Via de dieren kunnen wij daarom glyfosaat binnenkrijgen. Ook hier is biologisch de beste keuze. Een recent onderzoek gaf aan dat natriumbicarbonaat (zuiveringszout) herbiciden op groenten en fruit kan verminderen (27). Enkele eetlepels in een liter water kan al effectief zijn. Hierin kan je dan je groente en fruit weken en zo de hoeveelheid bestrijdingsmiddelen laten afnemen. Bij fruit met een schil, zoals avocado’s of bananen, is het risico op glyfosaat ook weer lager. Als je specifiek de hoeveelheid glyfosaat in haver wilt laten afnemen, kan het waarschijnlijk helpen om dit een nachtje te laten weken in water en het weekwater vervolgens weg te gooien.
Om te onthouden
Het is in onze moderne wereld bijna onmogelijk om niet blootgesteld te worden aan de onkruidverdelger glyfosaat. In Amerika is het risico op voedsel met glyfosaat groter dan in Europa. Veel wetenschappers en beleidsmakers twijfelen aan de veiligheid van dit middel. Door te kiezen voor biologisch of het voedsel te wassen in natriumbicarbonaat, kun je de hoeveelheid glyfosaat die je binnenkrijgt verminderen. Fruit met een verwijderbare, oneetbare schil (zoals banaan) is voor onderweg een slimme keuze.