Nieuw grootschalig onderzoek laat overtuigend zien dat borstvoeding een belangrijke rol speelt bij de ontwikkeling van kinderen. Wetenschappers in Israël volgden meer dan 570.000 kinderen en ontdekten dat baby’s die minimaal zes maanden moedermelk kregen, zich beter ontwikkelden op het gebied van taal, sociaal contact en beweging.
Het onderzoeksteam analyseerde gegevens van kinderen geboren tussen 2014 en 2020. Ze keken specifiek naar ontwikkelingsmijlpalen die kinderen normaal gesproken bereiken tussen hun tweede en derde levensjaar. Denk hierbij aan het gebruik van korte zinnen, sociaal spel met andere kinderen en motorische vaardigheden zoals rennen en klimmen.
De resultaten zijn indrukwekkend. Baby’s die minimaal zes maanden borstvoeding kregen, hadden 27 procent minder kans op ontwikkelingsachterstanden wanneer ze uitsluitend moedermelk kregen. Bij kinderen die naast borstvoeding ook andere voeding kregen, was dit voordeel 14 procent. Deze positieve effecten waren zichtbaar bij zowel voldragen baby’s als bij kinderen die vanaf 35 weken zwangerschap werden geboren.
Om zeker te weten dat deze voordelen echt door borstvoeding komen, vergeleek het onderzoeksteam ook broers en zussen binnen dezelfde gezinnen die verschillende voeding kregen. Ook hier bleek dat de kinderen die langer borstvoeding kregen zich beter ontwikkelden. Dit bevestigt dat moedermelk zelf een gunstige invloed heeft, los van andere factoren zoals opleidingsniveau van de ouders of sociaaleconomische status.
Waarom heeft moedermelk zo’n sterk effect op de ontwikkeling? Wetenschappers denken dat verschillende mechanismen een rol spelen. Recent hersenonderzoek toont aan dat kinderen die borstvoeding krijgen, meer witte en grijze stof in hun hersenen ontwikkelen. Ook blijkt moedermelk de verbindingen tussen hersencellen te stimuleren. Daarnaast heeft borstvoeding mogelijk invloed op de darmflora van baby’s, wat weer effect kan hebben op hun hersenontwikkeling.
Deze bevindingen ondersteunen het advies van de Wereldgezondheidsorganisatie om baby’s de eerste zes maanden uitsluitend borstvoeding te geven. Daarna is het belangrijk om door te gaan met borstvoeding naast vast voedsel, het liefst tot twee jaar of langer als moeder en kind dit willen.
Toch lukt het veel moeders niet om lang borstvoeding te blijven geven. Ze lopen tegen praktische problemen aan, zoals de combinatie met werk of onvoldoende steun van hun omgeving. Ook speelt mee dat de zuigelingenvoedingsindustrie jaarlijks miljarden uitgeeft aan marketing die het vertrouwen van vrouwen in hun vermogen om borstvoeding te geven kan ondermijnen.
De onderzoekers pleiten daarom voor betere ondersteuning van moeders die borstvoeding willen geven. Dit betekent bijvoorbeeld ruimer ouderschapsverlof en werkplekken waar je gemakkelijk kunt kolven. Ook is het belangrijk dat ziekenhuizen en verloskundigen goede begeleiding bieden bij het opstarten en volhouden van borstvoeding. Voor ouders die geen borstvoeding kunnen of willen geven is het goed om te weten dat elk kind zich op zijn eigen manier ontwikkelt. Veel factoren spelen hierbij een rol. Met liefdevolle aandacht en gezonde voeding kun je je kind ook met flesvoeding een goede start geven.
De uitkomsten van dit onderzoek maken duidelijk dat investeren in ondersteuning bij borstvoeding loont. Het helpt niet alleen individuele kinderen en gezinnen, maar draagt bij aan een gezondere samenleving. Door moeders die borstvoeding willen geven beter te faciliteren, kunnen meer kinderen profiteren van de unieke voordelen die moedermelk biedt voor hun ontwikkeling.
Originele studie: Goldshtein I, Sadaka Y, Amit G, et al. Breastfeeding duration and child development. JAMA Netw Open. 2025;8(3):e251540.