Uit recent onderzoek met geavanceerde laserapparatuur blijkt dat er in flessenwater veel meer minuscule plasticdeeltjes zitten dan tot nu toe gedacht. Wetenschappers analyseerden het water van plastic flessen van drie merken met een nieuwe methode, waardoor ze ook heel kleine nanoplastics konden detecteren. De resultaten zijn ronduit schokkend.
In één liter flessenwater werden maar liefst 240.000 plasticdeeltjes gevonden. Dit is 10 tot 100 keer meer dan uit eerdere studies naar microplastics bleek. De hoge aantallen zijn te danken aan de ontdekking van nanoplastics. Dit zijn piepkleine deeltjes kleiner dan 1 micrometer, ter grootte van een miljardste meter. Een mensenhaar is 70 micrometer dik. Van de gevonden deeltjes bestond 90% uit deze nanoplastics.
De wetenschappers vermoeden dat het werkelijke aantal nog vele malen hoger ligt. Van 90% van de deeltjes kon namelijk niet met zekerheid vastgesteld worden of het plastic betrof. Met de nieuwe lasertechniek kunnen de onderzoekers specifieke moleculen laten resoneren om plasticsoorten te identificeren. Op deze manier werden al 7 veelvoorkomende soorten nanoplastics ontdekt.
Nanoplastics zijn zorgwekkend. In tegenstelling tot grotere microplastics, kunnen de piepkleine deeltjes makkelijk in het bloed terechtkomen en individuele cellen binnendringen. Ze zouden zelfs de placenta kunnen passeren en in de foetus terechtkomen. Over de precieze gezondheidsrisico’s voor de mens bestaan nog veel vragen. Duidelijk is wel dat we zo min mogelijk plasticdeeltjes moeten binnenkrijgen. Kraanwater bevat geen plastic en is dus de beste dorstlesser (bron: Scientias.nl, De Standaard).