De Gezondheidsraad heeft de staatssecretaris van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport meegedeeld dat het Nutri-Score-logo een nuttige aanvulling zou kunnen zijn op de bestaande voedingsvoorlichting. Zij erkennen dat het logo niet foutloos is, maar menen dat er manieren zijn om het te verfijnen. Zij geloven niet dat er een volledig bevredigend voedselkeuzelogo kan worden ontwikkeld, maar het is van het grootste belang dat eventuele afwijkingen tussen de Nutri-Score en de officiële voedingsrichtlijnen worden aangepakt.
De Gezondheidsraad ziet Nutri-Score als een zeer intuïtief en doeltreffend logo. Hoewel het nog niet officieel in Nederland is gelanceerd, is het door de lopende proeven vrij bekend geworden. Dit logo is in veel producten geïmplementeerd en heeft zich al in landen rond Nederland gevestigd. Toch komt de score die dit logo oplevert niet altijd overeen met voedingsadviezen zoals de Schijf van Vijf. Daarom heeft het internationale wetenschappelijke comité van Nutri-Score afgelopen zomer de criteria aangescherpt. Het huidige “Advies Evaluatie van het Nutri-Score algoritme” van de Gezondheidsraad gaat in op deze gewijzigde berekening, die nog niet is toegepast op de etiketten van artikelen in de supermarkten.
De Gezondheidsraad meldde dat de wijzigingen in de berekeningen het gemakkelijker maken om te herkennen welke artikelen een ongezonde samenstelling hebben. Producten met ongezonde ingrediënten krijgen een gele, oranje of rode score (C, D of E). Enkele daarvan zijn sauzen, koekjes, gebak, snoep, chocolade, chips, zoutjes en verschillende soorten snacks en broodbeleg. Ook laat het logo binnen elk van deze groepen zien welke producten gezonder en welke minder gezond zijn (C is een minder ongezond product dan E).
Voor de groene scores (A en B) komt Nutri-Score meestal overeen met de Nederlandse voedingsaanbevelingen. Toch kan de Nutri-Score niet altijd goed het verschil aangeven tussen gezondere en minder gezonde producten binnen dezelfde groep. Zo krijgen zowel witte rijst als bruine rijst dezelfde Nutri-Score, iets dat ook geldt voor witte pasta en volkoren pasta. Dit is niet in overeenstemming met de voedingsrichtlijnen om voedingsmiddelen met een laag vezelgehalte te eten. Voor een optimale voeding worden vezelrijkere soorten aanbevolen. Daarnaast zouden plantaardige oliën een hogere NutriScore moeten krijgen vanwege hun heilzame vetzuursamenstelling. Ook voor kaas en vlees zou het goed zijn om het verschil te kunnen zien tussen producten die meer en minder gezond zijn.
Het Nutri-Score-logo kan verder soms nog misleidend zijn als het gaat om ongezonde toevoegingen, zoals zout en suiker. Zo kunnen groenten in blik met een groene B-score in feite veel zout bevatten. Bovendien kunnen grote hoeveelheden suiker worden toegevoegd aan ingeblikt fruit zonder dat het product zijn A-score verliest.
In het geval van maaltijdpakketten kan de Nutri-Score worden bepaald door de op de verpakking vermelde bereidingsinstructies te volgen; deze instructies kunnen de gebruiker bijvoorbeeld verplichten groenten of vlees toe te voegen. De Gezondheidsraad vindt echter dat de score alleen gebaseerd moet zijn op de ingrediënten in het pakket. Het is namelijk mogelijk dat de consument zich niet aan de bereidingsinstructies houdt en er minder groenten in doet, of de in de instructies vermelde kip vervangt door worst. Dit zou leiden tot een positievere Nutri-Score voor de verpakking dan gerechtvaardigd is.
Bij de communicatie met klanten is het essentieel dat zij begrijpen hoe het Nutri-Score-logo werkt en dat het een extra hulpmiddel is naast de bestaande voedingsinformatie. Het maakt het eenvoudiger om tijdens het winkelen de ingrediënten van verschillende producten te vergelijken. Volgens de Gezondheidsraad is dit vooral gunstig voor mensen die moeilijk te bereiken zijn met de huidige informatie en die vaak ongezond eten. Niettemin is de Gezondheidsraad zich bewust van de uitdaging om ervoor te zorgen dat de scores in overeenstemming zijn met de voedingsadviezen. Daarnaast acht de Gezondheidsraad het noodzakelijk om na invoering van het logo het effect ervan op het gedrag van consumenten en producenten te onderzoeken om te zien of het daadwerkelijk bijdraagt aan een gezondere voeding (bron: Nieuws voor Diëtisten).
